Vijf moties zijn ingediend tijdens de behandeling van het Ontwikkelingsplan (OP) 2017-2021 en de begroting 2017. Drie zijn afkomstig van de oppositiepartijen en twee van de coalitie. De oppositie keurt het OP en de begroting af. Ook het subsidiebeleid zou moeten veranderen. De coalitie vindt het OP de juiste richting waar het land naar toe moet koersen. Verder wil de coalitie dat zo snel mogelijk een minister van Justitie en Politie wordt benoemd. Er wordt ook aandacht gevraagd voor het veiligheidsvraagstuk. Per motie zullen kort een coalitie- en oppositielid aan het woord komen, waarna hierover gestemd zal worden.
De VHP, ABOP, Pertjajah Luhur, NPS en DOE vinden dat het OP niet uitgevoerd en gefinancierd kan worden. De fracties van de NDP, BEP en de Assembleeleden Raymond Sapoen en Diepakkoemar Chitan roepen de regering op “de in het OP gepresenteerde ontwikkelingsrichting aan te houden tot verder herstel en ontwikkeling van onze economie en vooral van de meer duurzame sectoren”. De oppositie roept de regering op de voorgenomen maatregelen over het subsidiebeleid te heroverwegen en onjuist genomen besluiten terug te draaien ter voorkoming van grotere problemen bij sociale instellingen. Het pakkettenbeleid moet heroverwogen worden en de rol van het ministerie van Sociale Zaken en
Volkshuisvesting hierin te minimaliseren waarbij meer transparantie is in het distributiesysteem en vastgestelde criteria gegarandeerd zijn. In plaats van pakkettenverstrekking, bonnen aan belanghebbenden te verstrekken waardoor kosten voor de overheid worden verminderd en corruptie wordt geminimaliseerd, staat in een motie ingediend door Carl Breeveld van DOE. Deze motie is ondersteund door VHP, ABOP, Pertjajah Luhur en de NPS.