De Amerikaanse minister van Justitie Jeff Sessions probeerde zijn ontslag in te dienen bij president Donald Trump, kort nadat speciaal aanklager Robert Mueller was aangesteld om het Ruslandonderzoek te leiden. Trump en Sessions hadden een harde woordenwisseling in het Witte Huis om de aanstelling, melden verschillende bronnen aan The New York Times en CBS News. De president zou zijn minister van Justitie een idioot hebben genoemd, omdat die zichzelf terugtrok uit het onderzoek naar Russische inmenging in de verkiezingsstrijd. Sessions deed dit om zich afzijdig te houden, om elke schijn van partijdigheid te voorkomen. De minister voelde zich diep beledigd in het gesprek met Trump. Tegen medewerkers van het Witte Huis sprak hij van “de meest vernederende ervaring in zijn 40-jarige carrière”. Na het gesprek zou Sessions zijn ontslagbrief hebben ingediend, maar de president weigerde die te accepteren. Hoewel Trump graag van Sessions af wilde, besloot hij, op advies van zijn adviseurs, om de minister niet weg te sturen. Sessions ontslaan zou alleen maar meer problemen opleveren voor de president, die kort daarvoor al een veiligheidsadviseur en FBI-directeur James Comey had ontslagen, was de gedachte. Trump uitte al eerder openlijk kritiek op Sessions. Trump zei in een interview met The New York Times dat hij Sessions nooit zou hebben aangesteld als hij had geweten dat die zich niet wenste te bemoeien met het onderzoek naar Russische inmenging in de verkiezingsstrijd.